Hoe werkt zo'n windturbine?
Er zit veel energie in de wind. Dit merk je bijvoorbeeld wanneer je tegen een harde wind in moet fietsen. Een windturbine - de vakterm voor windmolen- weet deze energie te benutten en om te zetten in elektriciteit.
Een turbine bestaat uit een hoge mast, een gondel en een rotor. De rotorbladen zijn aerodynamisch gevormd waardoor de wind ze gemakkelijk kan laten draaien. In de gondel zit een generator die de draaibeweging omzet in elektriciteit, deze werkt eigenlijk net zoals een dynamo op een fiets.
Ook zitten in de gondel motoren (het 'kruisysteem') die ervoor zorgen dat de rotor altijd in de wind staat, en dus zo veel mogelijk wind kan vangen. Het model dan we gaan bouwen heeft een masthoogte van 90 meter. Samen met een rotordiameter van 120 meter wordt de totale hoogte dan 150 meter. Dit is gunstig want hoe hoger je bent, hoe harder het waait. Bij erg harde wind wordt de windturbine stilgezet. Omdat de turbine anders kapot zou kunnen gaan. Ook zal de windturbine stoppen wanneer er ijsvorming op de rotorbladen aanwezig is. Dit voorkomt dat er brokken ijs van de bladen kunnen afvallen en eventueel op de rijweg kunnen belanden.
De windturbines die geplaatst gaan worden hebben een vermogen van 3,6 MW. Één turbine kan hiermee een hoeveelheid stroom opwekken die gelijk is aan het verbruik van meer dan 2500 huishoudens.
De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) heeft meer gedetailleerd uitgelegd hoe een windturbine werkt, hoe deze aangesloten is op het elektriciteitsnet en aan welke veiligheidseisen een turbine moet voldoen.